KBN Nieuwsbrief 2022 - Extra Nieuwsbrief ADN

07 september 2022

*|MC_PREVIEW_TEXT|*





7 september 2022 - extra nieuwsbrief ADN - Gevaarlijke Stoffen

Terugkoppeling 40e zitting ADN-veiligheidscommissie Genève 


In de laatste week van augustus vond de 40e vergadering van de ADN-veiligheidscommissie plaats in Genève. De bijeenkomst was hybride opgezet, dat wil zeggen dat de vergadering zowel ter plaatse, als online gevolgd kon worden.

Zoals gebruikelijk bestond de groep deelnemers uit vertegenwoordigers van verschillende internationale ministeries/autoriteiten, vertegenwoordigers van de Europese binnenvaartbrancheverenigingen European Barge Union (EBU) en European Skippers Organisation (ESO), de classificatiebureaus, veiligheidsexperts en vertegenwoordigers van de chemische- en olie-industrie.

Elena Siebrecht, René Overveld (KBN), Michael Zevenbergen, Edwin Verberght, Dirk Beernaert en Maurits van der Linde (KBN) namen deel namens EBU/ESO. KBN is onderdeel van deze Europese binnenvaartbrancheverenigingen.

Via deze nieuwsbrief informeren wij u over enkele van de besproken onderwerpen tijdens deze vergadering:
  1. Veerbelaste beluchtingsklep bij ontgassen
  2. Gegaste bulklading (droge lading schepen)
  3. Openen van openingen
  4. Presentatie project automatisch varen
  5. Draagbare gasdetectiemeters
  6. Alternatieve voortstuwingssystemen/-brandstoffen
  7. Werkgroep ADN-deskundigenopleiding
  8. Speciale autorisatie UN 1977 Stikstof, diep gekoeld, vloeibaar
  9. Waltoezicht laad-/losoperatie
  10. Project actualisatie ADN 9.3.4. Grote ladingtanks
  11. Het vervoer van CO₂
  12. Niet meetbare stoffen met een voor de stof verplichte toximeter
  13. Loading on top
  14. Laad-/losinstructies
  15. Digitaliseren van scheepsdocumenten
 
Twitter - KBN_tweets
LinkedIn - KBN
YouTube - KBN
Instagram - KBN
Email - info
Website - KBN
 

Ontgassen

Veerbelaste beluchtingsklep - WP.15 AC.2 2022 40E


Op verzoek van de branche en de Nederlande delegatie is er enkele jaren geleden al gesproken over wijzigingsvoorstellen ter verbetering van de regelgeving voor het ontgassen van tankschepen bij ontgassingsinstallaties. Eerder informeerde wij u over de eis rondom de veerbelaste beluchtingsklep. (zie: ADN extra nieuwsbrief van januari 2022).

EBU/ESO hebben aangedrongen op het rechttrekken van de voorschriften omdat het nu opgevat kan worden dat een dergelijke klep veerbelast moet zijn, terwijl dit technisch gezien niet mogelijk is. Daarnaast zou men kunnen lezen dat een dergelijke klep verplicht aanwezig zou moeten zijn op ieder schip, terwijl dit alleen een mogelijke optie is om schepen te beluchten tijdens het ontgassen naar een ontvanginstallatie.

In het door Nederland en Duitsland ingediende document werd uitgelegd dat de eis van een veerbelaste beluchtingsklep niet verplicht zou moeten zijn vanwege de praktische toepasbaarheid.

Het ADN Safety Commitee is akkoord gegaan met de argumentatie van het voorstel en besloot de ontgassingsvoorschriften van het ADN dienovereenkomstig aan te passen.

Naar boven

 

Droge lading schepen

Gegaste bulklading - WP.15 AC.2 2022 42E


Een zogenaamde correspondentiegroep, onder leiding van Duitsland, heeft zich de afgelopen periode beziggehouden met gegaste lading. In Nederland hebben we enkele incidenten gehad met te hoge waardes fosfine in de lading. In één geval heeft dit tot ernstig letsel geleid van de bemanning aan boord. 


Om diverse redenen is EBU/ESO zeer actief betrokken bij dit onderwerp. EBU/ESO is van mening dat deze problematiek niet in het ADN maar in (eventueel) Arbo wettelijke sfeer geregeld dient te worden. De lading dient veilig te zijn wanneer deze gelost wordt in het schip, dat betekent in de praktijk dat de gemeten waardes zich onder de nationale grenswaarde dienen te bevinden. Het vervoeren van lading met te hoge waardes is niet wenselijk of zelfs niet toegestaan in de meeste landen.

EBU/ESO zet in op het goed informeren van de scheepsbemanning betreffende de voorgeschiedenis van de lading, maar wil dit buiten het ADN omdat dit niet het toepassingsgebied heeft. Daarnaast is het belangrijk dat de bemanning voorbereid is op incidenten door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (bijv. draagbare detectieapparatuur) en het hebben van een scheepsnoodplan.

Mogelijk dat deze thematiek in een volgende zitting zal leiden tot het oprichten van een informele werkgroep. Het onderwerp zal verder besproken worden in de januari zitting van 2023.

Naar boven

 

Ladingtankopeningen

Openen van openingen - WP.15 AC.2 2022 43E / WP.15 AC.2 2022 45E


Duitsland heeft een voorstel ingediend tot wijziging van ADN 2025 betreffende de voorschriften voor het veilig openen van openingen van ladingtanks en leidingen. Aanleiding voor het opstellen van het voorstel was het besef dat de eisen aan het openen van openingen, zoals vastgelegd in de huidige versie van het ADN, niet meer aansluiten bij de huidige technische eisen, zorg voor de lading, overslag en kwaliteitscontrole.

Het ADN Safety Committee reageerde positief op het ingediende voorstel, gezien de noodzaak voor duidelijke ADN-voorschriften. EBU/ESO heeft eerder al een inhoudelijke bijdrage geleverd aan de Duitse delegatie en was ook tevreden met het voorstel, maar stelt voor om in hoofdstuk 7.2.4.22.2 verdere noodzakelijke maatregelen op te nemen, zoals tankreiniging om alle handelingen tijdens de cylcus van het laden, vervoeren en eventueel ontgassen of wassen van ladingtanks, die het openen van de ladingtanks vereisen, op te nemen. Afgesproken is om dit onderwerp in januari 2023 wederom op de agenda te zetten.

Gekoppeld aan het onderwerp ‘openen van openingen’ is ook een door Nederland ingediend document over het vlamkerend rooster tijdens ontgassen besproken. ADN 7.2.3.7.1.3 stelt dat tijdens het ontgassen de gassen uit de tank moeten worden afgevoerd via een vlamkerend rooster dat bestand is tegen een duurbrand. Conform de constructie-eisen worden de gassen echter door de opening, die is voorzien van een detonatiebestendige vlamkerende rooster, voor de gasafvoerleiding geleid. Omdat er geen incidenten bekend en ook onwaarschijnlijk zijn, is de Nederlandse delegatie van mening dat detonatiebestendige vlamkerende roosters even goed zijn om de gevaren, die kunnen optreden tijdens het ontgassen, tegen te gaan.

Ook dit document onderwerp zal in januari 2023 gezamenlijk met het onderwerp openen van openingen besproken worden.

Naar boven

 

Presentatie

Project automatisch varen - WP.15 AC.2 2022 46E


Een interessante presentatie werd gegeven door Seafar en HGK betreffende een gezamenlijke project rondom automatisch varen in België. Schepen worden door Seafar vanaf de wal in een controlecentrum bestuurd. Tot nu toe is er met name ervaring opgedaan met betrekking tot droge lading schepen.

De mogelijkheden worden op dit moment verkend voor het automatiseren van een klein tankschip. Voordelen van automatisch varen kunnen zijn: verbetering concurrentiepositie sector, verlaging operationele kosten en verbetering werk-leven balans voor bemanning, aldus de presentatoren.

De aanwezige overheden zijn zeker niet tegen deze ontwikkelingen, maar er leven op dit moment nog veel vragen. Vanzelfsprekend zal er aansluiting gevonden moeten worden bij de vereisten van het ADN en/of zal het ADN aangepast dienen te worden op deze ontwikkeling.

De Nederlandse delegatie benadrukte wel dat dergelijke projecten ook veiligheidswinst dienen te bereiken. De focus dient niet alleen te liggen op reduceren van het aantal bemanningsleden ondanks dat het probleem betreffende personeelstekorten wel erkend wordt. Verder dient wet- en regelgeving op het gebied van bemanningsvoorschriften en de vaarweg naar de mening van aanwezigen eerst geregeld te worden. Dit valt buiten het toepassingsgebied van het ADN. De gebruikelijke route is eerst een aanpassing van het ES-TRIN, waarna het ADN volgt voor eventuele aanvullende aanpassingen t.b.v. het vervoer van gevaarlijke stoffen. De indieners worden uitgenodigd om bij een volgende zitting de impact op ADN te verduidelijken.

Naar boven

 

Normwijziging

Draagbare gasdetectiemeters - INF.5


Door een wijziging van normen in het ADN-2019 zouden in bedrijf zijnde draagbare gasdetectiemeters, die op veel schepen nog in gebruik zijn, niet meer gebruikt mogen worden.

EBU/ESO is van mening dat de normwijziging slechts minder relevante redactionele aanpassingen betreft en dat er geen veiligheidswinst bereikt wordt door het moeten vervangen van de ‘oude’ meters. Gevolg zou ook zijn dat er onnodige kosten zouden moeten worden gemaakt en afval wordt gegeneerd.

EBU/ESO stelt voor om een overgangstermijn tot einde levenstermijn van de apparaten toe te passen, dan wel vernieuwing Certificaat van Goedkeuring na 31-12-2034. Het standpunt kreeg op hoofdlijnen bijval van enkele lidstaten. Tijdens de vergadering is besloten dat EBU/ESO een document indient voor de sessie van januari 2023. Er ontstond een discussie over hoe er in de toekomst omgegaan moet worden met normen, zodat er niet van dit soort verrassingen tevoorschijn komen in de toekomst. Voor onze sector is het moeilijk om beschikking te krijgen over de normen en de inhoudelijke wijzigingen te kunnen beoordelen.
 
 

Binnenvaart

Alternatieve voortstuwingssystemen/-brandstoffen - INF.9


Met dit voorstel wilde EBU/ESO de aandacht vestigen op het toenemende gebruik van alternatieve voortstuwingsbrandstoffen/-systemen in de binnenvaart. Zij verzocht de commissie om te onderzoeken welke wijzigingen in het ADN nodig zouden kunnen zijn, zodat schepen die gevaarlijke goederen vervoeren ook gebruik kunnen maken van dergelijke innovatieve en milieuvriendelijke technieken.

Het is belangrijk dat de gehele binnenvaartsector bijdraagt ​​aan de klimaat- en duurzaamheidsdoelstellingen van de Europese Unie en de Verenigde Naties, daarom was er steun voor het voorstel.

In een later stadium kan een informele werkgroep gevormd worden om het onderwerp verder uit te werken. Het thema staat niet los van de ontwikkelingen binnen andere regelgevingsorganen (CESNI/CCR). Tijdens de zitting van januari 2023 zal een vervolg worden gegeven aan dit onderwerp. Het is aan EBU/ESO om dit onderwerp verder uit te werken.
 

Vragencatalogus, examenduur en onderwijs op afstand

Werkgroep ADN-deskundigenopleiding - WP.15 AC.2 2022 34E


De herziening van de vragencatalogus zal worden gepresenteerd aan het ADN Safety Committee tijdens de vergadering van januari 2023.

Diverse afgevaardigden waren voorstander van verlenging van de examenduur van 60 naar 75 minuten (ADN-basis). Er is al enkele jaren discussie over de vraag hoe het slagingspercentage kan worden verhoogd zonder dat dit ten koste gaat van de examenkwaliteit. Het is echter eerst afwachten hoe de examenstatistieken er komend jaar uit gaan zien.

Daarnaast werd de commissie geïnformeerd over onderwerpen als onderwijs op afstand en de integratie van e-learningconcepten, die verder uitgewerkt zullen worden.
 

Diep gekoeld, vloeibaar

Speciale autorisatie UN 1977 Stikstof - ECE ADN 2022 4E 2


België heeft aan twee tankers speciale autorisatie verleend voor het vervoer van gekoelde vloeibare stikstof. Ook Nederland is hiermee akkoord gegaan voor vervoer over haar grondgebied.

België heeft verzocht om de speciale autorisatie om te zetten naar het opnemen van de stof in tabel C van het ADN. België en Nederland is door het ADN Safety Committee verzocht om hiervoor een document in te dienen, deze kan dan besproken worden tijdens de zitting van januari 2023. De eventuele wijzigingen zullen dan opgenomen worden in de 2025 versie van het ADN.
 

ADN 8.6.3

Waltoezicht laad-/losoperatie - WP.15 AC.2 2022 49E


Naar aanleiding van enkele incidenten heeft Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), via de Nederlandse delegatie, een verzoek ingediend om het waltoezicht uit te breiden. Op dit moment gaat 
ILT uit van een radius van 3 meter rondom het manifold. IL&T is van mening dat er incidenten ook buiten deze radius door de wal moeten kunnen worden waargenomen door uitbreiding van het cameratoezicht.

Hoewel dit onderwerp niet de activiteiten aan boord treft, is hier wel een zienswijze op gegeven. Op dit moment is er geen noodzaak voor een dergelijke aanvullende maatregel, omdat niet is aangetoond dat incidenten hierdoor voorkomen of de schade beperkt kunnen worden in geval van een incident. Zowel verladers als tankterminals zijn dezelfde mening toegedaan. CEFIC heeft foto’s getoond dat de stelling “meer zicht is minder zicht” beschrijft. Deze partijen gaven daarnaast juridische (aansprakelijkheid) en aanvullende praktische bezwaren. Het voorstel vond geen draagvlak bij andere landen. Mogelijk dat in de toekomst nog op de agenda komt. EBU/ESO ziet wel mogelijke verbeteringen in de preventieve sfeer rondom de ADN-checklist en de sector heeft eerder via de CTGG uitgewerkte concrete verbeteringsvoorstellen aan de Nederlandse delegatie aangereikt.
 

ADN 9.3.4

Project actualisatie grote ladingtanks - WP.15 AC.2 2022 22E


Doordat de vlootsamenstelling is gewijzigd ten opzichte van de jaren ’90 toen de vorige berekening voor impact van aanvaringsenergie werd gemaakt, is er een update voorgesteld ten aanzien van deze berekeningen.

Tijdens de vergadering heeft TNO een presentatie gegeven over de gevolgen van grotere ladingtanks in relatie tot impact van aanvaringsenergie. Een maximale tankinhoud van 1.000 m3 zou mogelijk kunnen zijn. Mogelijke uitzonderingen zijn er voor bepaalde ladingen, zoals LNG en waterstof, gelet op  de potentiële gevolgen voor de omgeving.

Voor de sessie van januari 2023 hebben de classificatiebureaus voorgesteld om enkele voorstellen tot wijziging van paragraaf 9.3.4 op te stellen.
 

Vervoersvoorwaarden harmoniseren

Het vervoer van CO- INF.18


Tijdens de 39e zitting van het ADN-veiligheidscomité had EBU/ESO gevraagd of het mogelijk zou zijn om de vervoersvoorwaarden voor CO2, ethyleen en LNG te harmoniseren door opmerking "42" in kolom (20) van tabel C op te nemen, zodat vervoer mogelijk is in gasschepen van het huidige type, zonder koelinstallatie.

EBU/ESO heeft ook aanvullende informatie ingediend over het gedrag van CO2 in relatie tot transporttemperaturen. Het tripelpunt van CO2 is relatief hoog in vergelijking met andere koudemiddelen (-56,57 °C). Onder deze temperatuur van -56,57°C kan CO2 sublimeren, wat leidt tot problemen in ladingtanks en leidingsystemen en in ieder geval moet worden vermeden.

De informele werkgroep stoffen steunde het voorstel van EBU/ESO, met de suggestie om in de vervoersvoorwaarden op te nemen dat er voldoende afstand tot het tripelpunt moet zijn. Er moet informatie worden verstrekt over speciale kenmerken van de stof in verband met het vervoer. Er kunnen aanvullende vermeldingen nodig zijn in het vervoersdocument.

EBU/ESO zal voor de vergadering van januari 2023 een working document indienen met een voorstel om de vermelding in tabel C te wijzigen.
 

Gevaarlijke stoffen in containers

Niet meetbare stoffen met een voor de stof verplichte toximeter - INF.12 (Sub L)


Een langlopend probleem betreft gevaarlijke stoffen in containers, die niet met een toximeter kunnen worden gemeten.


Gevaarlijke goederen waarvoor een toximeter vereist is in ADN 3.2.1 Tabel A kolom 9 en 3.2.3 Tabel C ADN kolom 18, maar die niet gemeten kunnen worden met een toximeter, omdat er geen geschikte buisjes beschikbaar zijn voor de stof, mogen momenteel niet per binnenvaartschip worden vervoerd. Als gevolg hiervan is er sprake van een "omgekeerde modal shift" naar weg-/spoorvervoer, waar deze problematiek niet speelt. Een praktijkvoorbeeld is het vervoer van titanium tetrachloride (TiCl4), dat in tankcontainers op binnenvaartschepen werd vervoerd. Helaas worden deze nu weer over de weg vervoerd (ca. 8.000 ton/jaar).

CEFIC en EBU/ESO wijzen erop dat dit probleem zou kunnen worden opgelost door de voorschriften van het ADN uit te breiden. De stof hoeft dan niet alleen rechtstreeks gemeten te worden, maar dat bepaling via secundaire producten ook mogelijk zou zijn. Voor deze secundaire producten zijn wel  goedgekeurde meetinstrumenten voorhanden.
Aangezien titanium tetrachloride in aanwezigheid van water hydroliseert (atmosferische vochtigheid) en daarbij waterstofchloride vormt, is het mogelijk om titanium tetrachloride indirect te detecteren.

Het ADN Safety Committee had de informele werkgroep stoffen gevraagd het probleem te onderzoeken en de door CEFIC en EBU/ESO voorgestelde aanpak te overwegen. De werkgroep Stoffen ondersteunt de aanpak en stelt een procedure in vier stappen voor.

Daarom moet eerst de definitie van een toximeter worden uitgebreid. Vervolgens kan worden gecontroleerd welke stoffen direct kunnen worden gedetecteerd met de apparaten die onder de nieuwe definitie vallen. Indien dit niet mogelijk is, rijst de vraag naar de indirecte meetmethode, waarbij het reactieproduct wordt gemeten. Ten slotte moet worden onderzocht hoe om te gaan met stoffen die noch direct, noch indirect meetbaar zijn.

Het ADN Safety Committee stemde in met deze aanpak en het zal verder worden uitgewerkt.
 

Informele werkgroep stoffen

Loading on top - INF.12 (Sub O)


De informele werkgroep stoffen presenteerde in haar rapport een voorstel voor een definitie van het begrip "dezelfde lading". De voorgestelde definitie omvat drie voorwaarden, namelijk dezelfde vermelding in Tabel C, geen reacties tussen de ladingen en geen reacties tussen de lading en de constructiematerialen van het schip. De basis hiervoor is een ontwikkelde "positieve lijst".

Het gemengd laden van meerdere partijen van dezelfde lading zou dan mogelijk kunnen worden gemaakt door middel van een nieuwe opmerking in kolom (20) van tabel C. Het ADN Safety Committee stemde in met deze aanpak.
 

Informele werkgroep laad- en losinstructies

Laad-/losinstructies - INF.13


De achtergrond en aanleiding voor de oprichting van de informele werkgroep laad- en losinstructies is het feit dat er nog geen laad- en losinstructies in het ADN staan. Hoewel een dergelijke instructie volgens Deel 9 vereist is, is er geen informatie over wie deze moet opstellen en welke veiligheidsvoorwaarden gelden.

De informele werkgroep is in het leven geroepen nadat de Nederlandse delegatie een eerste concept aan het ADN Safety Committee heeft voorgelegd, dat is opgesteld met betrokkenheid van overheden en de sector.

De werkgroep werd aangemoedigd om haar werk voort te zetten en te presenteren tijdens de januari 2023 zitting.
 

Terugbrengen van aantal papieren documenten

Digitaliseren van scheepsdocumenten - INF.14


Het verslag van de eerste bijeenkomst van de nieuw opgerichte informele werkgroep over de digitalisering van scheepsdocumenten is besproken. Belangrijk doel van deze werkgroep is het terugbrengen van het aantal papieren documenten aan boord.


Als eerste stap is een lijst gemaakt van documenten die geschikt zijn voor digitalisering. Certificaten worden in eerste instantie niet meegenomen. Belangrijk is dat de werkzaamheden aansluiting vinden met andere werkgebieden, zoals bijvoorbeeld eFTI (electronic Freight Transport Information).
 

Meer informatie?


Wilt u meer weten over de bovenstaande onderwerpen of over veiligheid en gevaarlijke stoffen in het algemeen?

Dan kunt u contact opnemen met Maurits van der Linde, beleidsadviseur Veiligheid en Gevaarlijke Stoffen.
 

Gerelateerd items