Technische voorschriften
Hardheidsclausule; KBN heeft al twintig schepen bezocht
KBN helpt scheepseigenaren met het voorbereiden van de hardheidsclausule (HHC). Met de HHC kan de scheepseigenaar ontheffingen krijgen op overgangsbepalingen. Erg belangrijk voor de scheepseigenaar en vervoerders aangezien de meeste van deze schepen, naast dat ze wat ouder zijn, nog goed functioneren. Het zou zonde zijn om deze schepen niet meer in te zetten voor goederenvervoer. KBN heeft inmiddels het twintigste schip bezocht.
Hoe helpt KBN?
Wanneer KBN door een scheepeigenaar is benaderd voor hulp met de voorbereiding van de HHC, heeft KBN al een lijst met ruim honderd overgangsbepalingen voorbereid. Wanneer KBN aan boord komt, wordt deze lijst besproken met de eigenaar. In de meeste gevallen zijn er per schip ongeveer 10-15 overgangsbepalingen waar het schip niet aan kan voldoen of dat een aanpassing onevenredige kosten vergen. KBN vertelt dan wat de scheepseigenaar allemaal moet doen om een kansrijke aanvraag te doen.
Wanneer komt een schip in aanmerking?
Er zijn twee criteria waarbij er aanspraak kan worden gemaakt op de hardheidsclausule:
- De overgangsbepaling is onmogelijk uit te voeren.
- De overgangsbepaling brengt onevenredig hoge kosten met zich mee.
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) heeft een projectgroep gevormd om de aanvraag te beoordelen. Deze projectgroep bestaat uit vertegenwoordigers van verschillende brancheverenigingen, waaronder ook KBN. Maar ook midden- en klein bedrijven van de nautische maakindustrie zijn hierbij aanwezig. Door het ministerie is een consultant (DECISIO) ingehuurd om criteria te formuleren om de onevenredige kosten te beoordelen.
Categoriale ontheffing
Voor schepen tot 55 meter wilt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) een internationale categoriale ontheffing aanvragen. Toch heeft KBN, door het bezoeken van veel schepen, opgemerkt dat ook veel schepen boven de 55 meter last hebben van overgangsbepalingen. Zo waren slechts twee van de twintig bezochte schepen kleiner dan 55 meter. Hieruit kan opgemerkt worden dat grotere scheepstypes juist vaker in de problemen komen door overgangsbepalingen.
KBN heeft dit herhaaldelijk aangegeven en daarnaast aangedrongen op individuele beoordelingen van ontheffingsaanvragen. Vooralsnog zijn er in andere Europese landen nog geen aanvragen gedaan voor de HHC, wat het lastig maakt om draagvlak te krijgen op internationaal niveau. De ministeries uit andere landen zeggen dat de schepen in hun land geen problemen hebben. KBN betwist dit standpunt aangezien het EU/CCR marktobservatierapport aangeeft dat het grootste deel van de bestaande Duitse, Franse en Nederlandse vloot zal verdwijnen als ze geen ontheffingen krijgen op de overgangsbepalingen.
KBN blijft zich inzetten voor de schepen die door de aflopende overgangsbepalingen in de problemen komen en roept op om ook in andere lidstaten schepen aan te melden om gebruik te maken van de hardheidsclausule. Alle CCR lidstaten MOETEN elke aanvraag in behandelingen nemen volgens de internationale CCR afspraken.
Nieuwe schepen nodig
Om de vervoerscapaciteit over de waterwegen te behouden zullen er de komende jaren veel nieuwe schepen/bakken in de vaart gebracht moeten worden. Anders zal het transport andere modaliteiten moeten gebruiken die veel minder efficiënt en minder milieu vriendelijk zijn. Dus vooral vanuit vergroeningsoogpunt ontstaat vraag naar schoon en efficiënt vervoer. De snel oplopende energiekosten, belastingmaatregelen en rapportageverplichtingen zoals CSRD, zal een extra stimulans zijn om te vergroenen. Bij verladers wordt er nog weinig zorgen gemaakt aangezien zij aan elk transport verdienen, op korte termijn verdienen zij misschien zelfs meer aan wegtransport dan vervoer over water.
Door grootschalig onderhoud aan infrastructuur en wegen zullen de komende jaren de files nog aanzienlijk toenemen terwijl de waterwegen steeds minder benut worden. Daarom vraagt KBN aan echte beleidsmedewerkers om snel serieus werk te maken van de MODAL SHIFT ambities en om nieuwe transportcapaciteit voor droge lading te ontwikkelen.
|