Op 13 maart heeft Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) een gesprek gehad met de directie en een breed gezelschap van Rijkswaterstaat (RWS) en de aannemer (Van den Herik Sliedrecht) over het bezwijken van de bouwkuip van het Julianakanaal. KBN was niet geheel tevreden over de wijze waarop zij is geïnformeerd door partijen maar inmiddels na een bezoek ter plaatse, kan teruggekeken worden op een goed en open gesprek over het voorval. Allereerst zijn wij, met alle betrokkenen, blij dat er zich geen persoonlijk ongelukken hebben voorgedaan bij deze calamiteit en ook onder de indruk van de daadkracht waarmee de crisis is bestreden.
Rijkswaterstaat en de aannemer hebben direct maatregelen uitgewerkt om het scheepvaartverkeer weer veilig mogelijk te maken en kennisinstituut Deltares heeft een spoedadvies uitgebracht. Men is nu bezig met het uitvoeren van maatregelen en het storten van de steunberm ter bescherming en stabiliteit van de damwand. De stremming zal in elk geval tot 20 maart duren. Het onderzoek naar de oorzaak en aanvullend advies over het hervatten van de werkzaamheden is nog niet gereed. Een vervolgplanning hangt daar nauw mee samen en kan nu nog niet worden gegeven. Wel is duidelijk afgesproken dat KBN en de logistiek betrokken zullen worden bij de invulling van de vervolgplanning.
Het bezwijken van de bouwkuip heeft niet alleen gevolgen voor het scheepvaartverkeer, maar heeft ook impact op de grondwaterstand. Aan de overzijde van het kanaal, richting Maas, is het grondwater verhoogd, echter heeft deze stijging van het grondwater niet geleid tot overlast in de omgeving.
Wij kijken terug op een goed en open gesprek, een wijze van communiceren die door ons geapprecieerd wordt en ons als gebruiker vertrouwen geeft in de vervolgaanpak.