Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) geeft herhaaldelijk aan dat de huidige FAME specificaties voor de binnenvaart geen veilige vaart garanderen. Nee roepen is niet constructief en oplossingen maken blijkt een uitdaging. Als oplossing heeft KBN, samen met bunkerbedrijven en ondernemers een wensspecificatie voor biobrandstof opgesteld die onder operationele omstandigheden tot -15°C geen problemen oplevert bij gebruik in binnenvaartschepen.
Onderzoek effecten bijmengen
Op dit moment neemt KBN actief deel aan onafhankelijk onderzoek (in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) naar de effecten van het bijmengen van FAME. Omdat FAME in meer dan 20 varianten leverbaar is, die allemaal binnen de huidige specificaties gemaakt worden, zijn er ook varianten waarbij al stolling optreedt onder de +10°C. De FAME samenstelling die bij de huidige EN 590 met “winterkwaliteit” geleverd wordt blijkt ook in de binnenvaart uitstekend en betrouwbaar te werken, die moeten we houden.
Afgelopen week kwamen experts van reguliere brandstoffen, biobrandstoffen, bunkerbedrijven, motorproducenten, standaardisatie instellingen, verzekeraars en gebruikers bij elkaar bij ARGENT Energy in Amsterdam, een biobrandstof producent die op basis van afval duurzame biodiesel produceren KBN was namens de gebruikers aanwezig bij deze bijeenkomst waar we uitleg kregen hoe de biobrandstof uit dierlijke vetten geproduceerd wordt. Een imposant proces, waaruit blijkt dat de kwaliteit van de biobrandstof sterk afhankelijk is van het aanbod van beschikbare grondstof.
De motorenproducenten geven aan dat hun motoren ook met hogere FAME percentages, tot wel 20 of 30%, betrouwbaar blijven functioneren. Voordat het bijmengpercentage opgevoerd kan worden, is eerst een goede (binnenvaart) FAME specificatie nodig. De bedrijfscondities in de binnenvaart variëren aanzienlijk en bij lagere omgevings- of watertemperaturen mag geen stolling optreden die de filters kunnen blokkeren of schade aan de motorinstallatie veroorzaakt.
Daarnaast is de standtijd van de brandstof in de keten en de bunkers bij de binnenvaart vaak aanzienlijk langer dan bij andere toepassingen. Hierdoor neemt de kwaliteit van de geblende brandstof af en het watergehalte toe.
Praktijkproef
KBN werkt ook mee aan een praktijkproef waarbij verschillende mengsels met biobrandstoffen getest worden. Op termijn zal het bijmengpercentage worden opgevoerd en daarom pleit KBN nu al om praktijktesten uit te voeren met 20% en 30% bijmenging (met goede specificaties)
Om de keten van scheepsbrandstofleveringen niet te complex te maken stelt KBN voor om geen verschillende seizoenbrandstoffen te gebruiken, zoals in het wegvervoer wel gebruikelijk is. Hiermee is een stabiele afname met constante en betaalbare kwaliteit te realiseren.
Naast de afspraken over de “standaard specificaties” zullen ook de toezichthouders in de keten hun inspecties en bemonstering moeten aanpassen, want nadat de blends gemaakt zijn, is een controle van de FAMEkwaliteit niet meer mogelijk.
Vergroeningsambitie
De vergroeningsambitie van de binnenvaart is sterk en de sector laat dit ook op vele fronten blijken. Echter, er worden geen concessies gedaan aan de veiligheid of betrouwbaarheid van de efficiëntste vervoerstak. Daar blijft KBN zich sterk voor maken!