Namens de binnenvaart en haar belangen neemt KBN deel in het Omgevingsberaad. Het Omgevingsberaad is een overleg waarin de diverse belanghebbenden hun visie geven, in dit geval op de “derde oeververbinding in Rotterdam”. In het beraad zitten o.a. partijen als VNO-NCW, evofenedex, Deltalinqs, bewonersverenigingen, de fietsersbond etc. Een bont gezelschap van belangen dat gezamenlijk een advies uit moet brengen op basis van beslisinformatie die aan de gezamenlijke opdrachtgevende partijen van de MIRT-verkenning is gepresenteerd.
De uitspraken van wethouder Karremans van Rotterdam eerder deze week zijn rauw op het dak gevallen van het merendeel van de deelnemers. De wethouder loopt hiermee namelijk vooruit op een beslissing van het collectief van opdrachtgevers van de MIRT-verkenning in het BO-MIRT van 10 november, terwijl ook het Omgevingsberaad haar advies nog moet uitbrengen.
Keuze brug of tunnel
De derde oeververbinding zou worden gerealiseerd door middel van een brug of een tunnel. Het behoeft geen betoog dat KBN te allen tijde voorstander is en is geweest van een tunnel. Conform de uitspraken van wethouder Karremans moet de nieuwe brug tussen Feijenoord en Kralingen (De Esch – Nesserdijk) komen om zo de verdere ontwikkeling van Rotterdam-Zuid te stimuleren. Door de komst van deze brug is het mogelijk om zo’n 35.000 woningen te bouwen in het oosten van de stad. Deze nieuwe brugverbinding verobindt de wijken Kralingen, De Esch, Feijenoord en IJsselmonde met elkaar. Met name door middel van openbaar vervoer en fietsverkeer en beperkt autogebruik om cofinanciering door het Rijk mogelijk te maken. Mocht u meer willen weten, lees dan het interview met wethouder Karremans.
KBN is en blijft voorstander van een tunnel
Het zal voor onze achterban geen verrassing zijn dat wij gestreden hebben en blijven strijden voor een tunnel. Temeer omdat de nieuwe oeververbinding op de gekozen locatie (Esch - Nesserdijk) door het Marin op de nautische inpassing, is onderzocht en er geen veilige doorvaart kan worden geboden, zo luidt de conclusie. In het interview geeft wethouder Karremans aan kennis genomen te hebben van de nautische bezwaren van de brug en dat bij de keuze van de varianten, daar samen met partijen, goed naar gekeken moet worden. De onderliggende documentatie laat zien dat hierbij waarschijnlijk een deel van de oever(s) voor moet worden afgegraven. Ook de havenmeester van Rotterdam heeft zijn problemen met de brug op de genoemde locatie kenbaar gemaakt.
Hoe nu verder?
Het Omgevingsberaad, waar KBN onderdeel van uitmaakt, beraadt zich nu op haar advies dat bij de onderliggende documentatie voor het BO-MIRT wordt gevoegd. Na het besluit dat daar wordt genomen zal een formele inspraakronde plaatsvinden. In de fase die daarop volgt zullen KBN, evenals de andere betrokkenen, worden betrokken bij de verdere uitwerking.